Heeft overgewicht met erfelijkheid te maken?

Overgewicht en erfelijkheidDit kan inderdaad een belangrijke rol spelen.
Maar om dit zeker te weten moet er eerst een onderzoek naar de genen gedaan worden.

Als er meerdere personen binnen een familie met overgewicht te kampen heen, dan wordt er al snel geconcludeerd dat dit erfelijk is. Maar bedenk het eens het volgende: Bepaalde voedingsgewoonten zijn terug te vinden in bepaalde families.

Nog niet zo lang geleden ging een meisje vaak naar de huishoudschool. Daar leerde zij alles wat met het huishouden en het onderhouden van een gezin te maken had. Ook werd zij door haar moeder klaar gestoomd om voor haar gezin te zorgen.

Als haar moeder verkeerde gewoontes had aangeleerd van haar moeder, dan kopieerde zij dat weer naar haar dochter. De volgende generatie nam dit dus weer over. Waren er verkeerde gewoonten, dan zag je bepaalde ziektebeelden in een familie voorkomen. Vaak werd er dan onterecht geconcludeerd dat het erfelijk was. Dit gold natuurlijk ook voor overgewicht.

Lijden beide ouders aan overgewicht, dan is de kans dat het kind ook overgewicht heeft zelfs 70%. Of dit erfelijk is of het gevolg van het kopieereffect, dat kan alleen aangetoond worden door genetisch onderzoek. Is het erfelijk dan wil het niet automatisch betekenen dat ook de volgende generatie te krijgen krijgt met overgewicht. Want verandering van voeding en lichamelijke activiteit kunnen hier toch een belangrijke rol in spelen. Wanneer iemand bijvoorbeeld lichamelijk actief is, loopt hij minder risico in gewicht toe te nemen en blijft de vetverdeling gunstiger.

Laat erfelijkheidsfactoren je niet te snel aanpraten en als dit toch het geval is, dan heb je het toch nog zelf in de hand, al zou het wat meer moeite kosten. Eet gezond en wees lichamelijk actief!

De informatie die je vind op deGezondheidstrainer zal je daarbij helpen. Blijf daarom op de hoogte en schrijf je in op de Nieuwsbrief

Waarom Elke Dag Water Drinken?

Drink elke dag waterDat water drinken goed is voor onze algehele gezondheid, dat weet eigenlijk iedereen.
In dit artikel zal ik uitleggen waarom water essentieel is voor onze gezondheid en hoeveel we per dag moeten drinken. Bij vrouwen bestaat het lichaam voor 50 procent uit water. Bij mannen is dit zelfs zo'n 75 procent. Dit hangt wel af van de leeftijd en het gewicht.

Het grootste deel daarvan vinden we terug in onze cellen. Bij een volwassen man is dit toch al gauw zo'n 45 liter. De longen bestaan voor 90 procent uit water. De huid voor 80 procent en de hersenen voor 70 procent. 7 à 10% bevindt zich in het bloed en zo'n 40% bevindt zich tussen de lichaamscellen. Als op deze plaats het water (vocht) toeneemt, dan spreken we van oedeem.

Echter bij een tekort zullen de cellen gaan krimpen. Vooral de hersenen zijn hier erg gevoelig voor, waardoor er vooral neurologische symptomen ontstaan. In dit artikel wil ik niet te ver ingaan op de processen binnen het lichaam waar water bij betrokken is, maar het bovenstaande toont al aan hoe belangrijk het drinken van water is. Drinken we te weinig, dan verstoren we onze functies.

Elke dag verliezen we vocht door middel van onze huid (transpireren), onze uitscheidingsorganen en onze adem. Het spreekt voor zich dat we dit verlies moeten aanvullen.

We verliezen ongeveer anderhalve liter vocht per dag. Bij inspanning en overmatige transpiratie is dit natuurlijk nog meer. Dit betekent dat we ook minimaal anderhalve liter water per dag moeten drinken. Hieruit kunnen we kiezen uit mineraal- of bronwater, maar osmose gezuiverd water heeft mijn voorkeur. Ook kunnen we groene-, of kruidenthee gebruiken.

Dit betekent dat hieronder geen frisdrank, vruchten- en groentesap, koffie, melk, (drink)yoghurt en alcoholische dranken vallen. Gebruik ook geen bruisend water, want dit heeft een verzurend effect op het lichaam.

Drink liever niet tijdens de maaltijd. Dit heeft tot gevolg dat we slechter kauwen, waardoor we problemen met de spijsvertering kunnen krijgen. Er komen dan namelijk grotere voedselbrokken in de maag en het voedsel heeft nauwelijks de tijd om zich te vermengen met speeksel. De spijsvertering begint immers in de mond door het te vermengen met speeksel. De grote brokken kunnen door de slechte vertering gaan gisten in de darmen, waardoor de darmflora verstoord raakt. Daarom is het beter om voor de maaltijd of na de maaltijd iets te drinken.

Als we mineraalwater drinken, dan dient dit weinig opgeloste mineralen te bevatten. Vaak staat op het etiket de restwaarde aangegeven. Dit is de waarde van het restant wat overblijft als het water verdroogd is. Deze waarde dient zo laag mogelijk te zijn. Omdat dit de verkeerde anorganische mineralen voor ons zijn en deze belastend zijn voor ons lichaam in plaats van de goede organische mineralen.

De zuurgraad van het water moet zoveel mogelijk overeen komen met de zuurgraat van ons bloed, namelijk tussen de 7.35 en 7.45.

Resumerend: Drink minimaal 1,5 liter water per dag. Hieronder vallen niet de dranken waarvoor de spijsvertering in actie moet komen!
Aanbevolen: Spa blauw, Fertilia blauw, Evian en Volvic. Maar de voorkeur gaat uit naar osmose gefilterd water.

Drink voldoende water. Je lichaam zal je er dankbaar voor zijn!

Zin en onzin over de omega vetzuren

Onlangs kreeg ik van een lezer het verzoek om uitleg te geven over de Omega vetzuren. Bij deze wil ik daar graag aan voldoen. Maar omdat het een zodanige complexe materie is, is dit artikel langer dan jullie van mij gewend zijn. En dat is eigenlijk nog te weinig. Ik houd het daarom begrijpelijk, beperkt, maar wel gebaseerd op feiten.

De Omega vetzuren bestaan uit drie hoofdgroepen:
1. Omega 3
2. Omega 6
3. Omega 9

We beginnen met de laatste; de Omega 9.
Dit is een enkelvoudige onverzadigd vetzuur en heeft een sterk cholesterol- verlagend vermogen. Het is vooral terug te vinden in niet verhitte olijfolie.
Gebruik dit dan ook regelmatig door onder andere je salades. Het is het enige onverzadigde vetzuur dat ook door het lichaam wordt aangemaakt.

De volgende gaan we wat dieper op in; de Omega 6.
Deze kennen we ook wel als het bekende linolzuur (LA) en het zorgt voor de vorming van celmembranen en tevens dat de doordringbaarheid van de huid door water wordt geoptimaliseerd. In de juiste hoeveelheid heeft het ook een ontstekingsremmende werking. Het komt voor in plantaardige margarine, zonnebloem-, maïskiem-, tarwekiem-, soja- en slaolie. In steeds meer voeding zit Linolzuur. Denk aan; snoepgoed, koekjes, bakkerij producten, frituuroliën en kant en klare maaltijden.

Nu een aantal belangrijke waarschuwingen:
Een overheersing van de Omega 6 op de Omega 3, kan de cholesterol juist verhogen. Bovendien zal het de celgroei stimuleren bij borstkanker. Omega 3 is een ontstekingsremmer, maar een teveel aan Omega 6 kan ontstekingen bevorderen en tevens een rol spelen bij de toename van allergieën.

Linolzuur (LA) wordt in het lichaam omgezet in GLA (gamma-linoleen zuur). GLA, in de juiste hoeveelheid, is actief bij het doden van kankercellen. Maar voor de omzetting is wel zink, magnesium en de B vitamines nodig. Heb je daar al een tekort aan, dan wordt de omzetting nog slechter. Door gist in bijvoorbeeld brood, wordt de opname van mineralen verslechterd terwijl deze juist nodig zijn voor een goede omzetting van linolzuur naar GLA.

Een teveel aan linolzuur dat niet kan worden omgezet naar GLA, wordt omgezet naar arachidonzuur. Een teveel hiervan zorgt voor ontstekingen en allerlei klachten, zoals acne, eczeem, astma, reuma, oedeem, artrose, voorhoofdsholte ontstekingen en keelontstekingen.

Ook roodvlees bevat arachidonzuur. Kan het lichaam de GLA al niet omzetten en wordt er ook nog roodvlees geconsumeerd, dan is dat dubbel op.
Bovendien zal teveel roodvlees leiden tot de ontwikkeling van darmpoliepen, die door bijvoorbeeld roken, tumoren kunnen worden.

Vooral mensen met ontsteking gerelateerde ziektes, dienen het bovenstaande nooit meer te vergeten.

Recent onderzoek heeft aangetoond dat we 30 MAAL teveel aan Omega 6 (linolzuur) binnen krijgen!

Advies: Beperk het gebruik van Omega 6 vetzuur en het gebruik van gist brood. Eet daarentegen veel donkere groene groenten en vette vis.
Gebruik voor salades walnotenolie of olijfolie.

Nu het volgende:
Denk de volgende keer, met deze wetenschap en de gevolgen in het achterhoofd, hier maar aan bij de volgende reclame:

“ Goed voor hart en bloedvaten”. (Ja, je kent hem wel…)

Ik heb het al zo vaak gezegd; het draait niet om de gezondheid van de consument, maar om de vele € € €…

Tot slot de Omega-3 vetzuren:
Omega-3 vetzuren zijn meervoudige onverzadigde vetzuren.
De belangrijkste omega-3 vetzuren zijn:
·        Alfa-linoleenzuur (ALA of LNA)
·        Eicosapentaeenzuur (EPA)
·        Docosohexaeenzuur (DHA)

Deze 3 soorten omega-3 vetzuren zijn complementair aan elkaar. Producten ‘rijk aan omega-3’ brengen vaak slechts één vetzuur aan, alfa-linoleenzuur. Tenzij er ook visoliën (EPA en DHA) en algen (DHA) zijn toegevoegd. Daarom is de vermelding ‘omega-3’ op voedingsmiddelen niet erg duidelijk, omdat hieruit onmogelijk kan worden afgeleid of er één of meerdere omega-3 vetzuren in
aanwezig zijn.

We vinden ze terug in onder meer groene bladrijke groente, zoals spinazie, postelein en waterkers. Maar ook in lijnzaad, sojabonen, walnoten, en peulvruchten (ALA). De beste bronnen voor EPA en DHA zijn, vette vis, zoals sardines, verse tonijn, zalm, makreel, forel en paling. De laatste is vaak wel een verontreinigde vis, terwijl zalm in uitsluitend schoon water voorkomt.

De invloed op onze gezondheid. (volgens onderzoeken aangetoond)
Omega-3 vetzuren beschermen tegen ontstekingsziekten, zoals reumatoïde artritis en huidziekten, zoals eczeem en psoriasis. Een hoge toediening zou sigarettenrokers gedeeltelijk beschermen tegen COPD, een chronische en progressieve longziekte, gekenmerkt door luchtweg vernauwing en ontsteking van de luchtwegen.

Het heeft een gunstig effect op de bloeddruk, en de functies van de bloedplaatjes. Ook hebben ze invloed op het triglyceride-en cholesterolgehalte van het bloed en dus een positieve invloed op hart- en vaatziekten.

Visolie (12 gr. p/d ) gedurende 2 jaar vertraagt bij nierpatiënten het verlies van de nierfunctie. Tijdens onderzoek na niertransplantatie, bleek er minder afstotingsgevallen te zijn in vergelijking met de controle groep.

Uit tal van studies blijkt de goede invloed op de vetstofwisseling en de toename van het goede HDL-cholesterol, zonder veel effect op het slechte LDL-cholesterol.

Verschillende studies hebben ook de effectiviteit op de kans van sommige kankers aangetoond.

Ook diabetes hebben baat bij omega-3.

Aanstaande moeders met een te korte zwangerschap bleek zowel bij de moeder als de baby een omega-3 tekort te zijn. Dat is niet verrassend aangezien de omega-3 vetzuren een functionele en structurele rol spelen bij de groei van de foetus en de neurologische ontwikkeling. Het is ook van belang bij de ontwikkeling van het gezichtsvermogen bij het kind. Aanstaande moeders en moeders die borstvoeding geven, doen er dan ook goed aan om extra omega-3 in te nemen.

In een recent onderzoek werd het effect ervan op woede en agressie onderzocht. Er werd gekozen voor 24 drugsverslaafden met een agressief gedrag.
13 daarvan kregen gedurende 3 maanden een suppletie van 3 gram per dag. De andere 11 kregen een placebo. Suppletie met omega-3 vetzuren zorgde na 3 maanden voor een significant verlaagde woedescore, vergeleken met de toepassing van de placebo. Deze daling bleef onveranderd gedurende de
3 maanden erna, toen er geen suppletie meer werd gegeven.

Tot slot maakt het de celwand doorlaatbaar, zodat hormonen, eiwitten en enzymen door de celmembranen heen kunnen.

De Hoge Gezondheidsraad heeft vastgesteld dat er een chronisch tekort is aan omega-3 vetzuren, omdat de consumptie veel te laag ligt.

Het bovenstaande in ogenschouw genomen is het dan ook van het grootste belang om extra supplementen in te nemen en omega-3
regelmatig te gebruiken.

Vitamine B12

Vitamine B12 wordt ook wel cobalamine genoemd. Het is de enige vitamine die het lichaam in grote hoeveelheden opslaat, vooral in de lever. Het lichaam kan daardoor wel een voorraad opbouwen van 3 tot 5 jaar.

Het zorgt voor de vorming van rode bloedcellen en het erfelijk materiaal (DNA). Het werkt samen met vitamine B6 (pyridoxine)  en foliumzuur*, om het homosysteïnegehalte te verlagen. Licht verhoogde homocysteïne** gehaltes in het bloed, zouden verband houden met een grotere kans op hart- en vaatziekten. Daarom is het belangrijk dat als vitamine B12 via een natuurlijk  voedingssupplement wordt ingenomen, daarin ook foliumzuur als vitamine B6 aanwezig zijn.

Het vitamine B12 gehalte daalt naarmate we ouder worden. Mensen met maagzweren, de ziekte van Crohn, een maag verkleining of andere maag- darmstoornissen behoren tot de risicogroep. Evenals mensen die medicijnen gebruiken tegen epilepsie, chronische indigestie of jicht.

In natuurlijke vorm komt het alleen voor in dierlijke producten, voor zover we nu weten. Het komt voor in vlees, (vette) vis, eieren en melkproducten. In oudere literatuur worden ook peterselie, shii-take, spinazie, andijvie, wortelen, zeewier, gist en gefermenteerde sojaproducten geadviseerd. Maar recentere onderzoeksmethoden geven aan, dat het hier gaat om een stof die 'als twee druppels water' lijkt op B12, maar die niet van waarde zijn voor het menselijk lichaam.

Aan de andere kant wordt ook wel aangenomen dat plantaardig voedsel B12 kan bevatten. Althans de mening van onderzoekers die groepen mensen onderzochten die zuiver plantaardig aten en toch geen vitamine B12 tekort hadden. Of dit het werkzame B12 betreft, dan wel een daarop gelijkende stof, is nog niet afdoende onderzocht. Vitamine B12 is één van de laatst ontdekte vitamines (ongeveer in 1940). Het is een vitamine die nog veel onderzocht moet worden en waar voorlopig het laatste woord nog niet over gezegd is.

Ander onderzoek heeft inmiddels wel aangetoond dat bij Alzheimerpatiënten vaak een laag vitamine B12 gehalte was waar te nemen. Ook hiernaar moet nog verder onderzoek plaatsvinden.

Opname door het lichaam
Het lichaam absorbeert vitamine B12 via een uitermate ingewikkeld proces:
B12 is gebonden aan eiwitten afkomstig van voedingsmiddelen. Bij voldoende maagzuur scheiden spijsverteringsenzymen deze B12 van de eiwitten. Daarna bindt de B12 zich aan een andere eiwit, dat we de 'intrinsieke factor' noemen. Vervolgens wordt het getransporteerd naar de dunne darm, waar het door de bloedbaan wordt opgenomen.

Toepassingen
-   Voorkomt pernicieuze anemie (kwaadaardige bloedarmoede veroorzaakt door B12 tekort)
-   Helpt depressie verlichten
-   Gaat zenuwpijn, doof gevoel en tintelingen tegen
-   Verkleint de kans op hart aandoeningen
-   Ondersteunt bij Multiple Sclerose
-   Verlicht oorsuizing

Aanbevolen hoeveelheid
Aanbevolen wordt minimaal 2,5 mcg per dag in combinatie met B6 en foliumzuur. Maar een dosering van 1000 mcg per dag kan heilzaam zijn bij de preventie van hartziekten. Vitaminen B zijn in water oplosbare vitaminen, dus een teveel wordt via de urine uitgescheiden.

Extra richtlijnen
Gebruik vitamine B12 eenmaal daags, bij voorkeur 's morgens met 400 mcg foliumzuur.

*   Foliumzuur
Foliumzuur wordt ook wel vitamine B11 genoemd. Komt voor in groente, fruit, volkoren graanproducten, aardappelen, peulvruchten, noten, eieren en vlees. Bij mensen die lijden aan atrofische gastritis, waarbij de maagzuurproductie is verminderd, is de opname verstoord. Deze aandoening komt veel voor bij ouderen. De aanbevolen hoeveelheden (0,2 tot 0,3 mg) worden door een groot deel van de Nederlandse bevolking niet gehaald.

**   Homocysteïne
Een laag foliumzuur consumptie zou verband kunnen houden met een verhoogd gehalte aan homocysteïne in het bloed en mogelijk ook met de ontwikkeling van darmkanker en de ziekte van Alzheimer. Homocysteïne is een afvalproduct van de eiwitstofwisseling; bij sommige mensen stijgt dit gehalte, wat de kans op een hartaandoening door aderverkalking zou vergroten. Het homocysteïne peil wordt meestal door drie enzymen bestuurd, waarvan er twee afhankelijk zijn van de aanwezigheid van foliumzuur.